Tekstbegrip


Tekstbegrip


Een tekst kunnen lezen is een hele andere kunst dan het daadwerkelijk begrijpen van dezelfde tekst. Tekstbegrip betekent niet alleen dat je kunt navertellen van je zojuist gelezen hebt, maar ook dat je het doel van de tekst begrijpt en tussen de regels door kunt lezen. Zonder tekstbegrip kan een kind de kern niet uit de tekst halen, waardoor hij of zij de tekst dus niet goed begrijpt. Tekstbegrip wordt op de basisschool en de middelbare school begrijpend lezen genoemd. Hierin staat het aanleren van tekststrategieën centraal. De veelgebruikte strategieën zijn het voorspellen, visualiseren, samenvatten en vragen stellen. Dit alles leidt tot een beter tekstbegrip.


Waarom is tekstbegrip belangrijk?

Teksten kom je overal tegen, bijvoorbeeld bij contracten en in nieuwsberichten. Het is daarom belangrijk dat je deze teksten goed kan begrijpen; dit is het algemene doel van tekstbegrip. Op de basisschool beginnen kinderen al met begrijpend lezen. In de hogere klassen krijgen kinderen dit vak bijna dagelijks.


Het doel van de lessen begrijpend lezen is dat kinderen zelfstandig met teksten kunnen omgaan, de teksten gaan begrijpen, de structuur ervan inzien en het toekennen van betekenissen aan de gelezen tekst. Op de middelbare school wordt uiteindelijk dit tekstbegrip getoetst door middel van het centraal examen. Een kind dat niet vroeg begonnen is met tekstbegrip heeft meer moeite om dit nog onder de knie te krijgen.

Er zijn verschillende soorten teksten. Enkele tekstsoorten zijn verslagen, nieuwsberichten en wetenschappelijke artikelen.


Kinderen dienen op jonge leeftijd hier al mee bezig te zijn om te begrijpen hoe verschillende tekstsoorten in elkaar zitten. Op de basisschool wordt daarom ook bij begrijpend lezen nieuwsbegrip en tekstverwerking gegeven. Hoe beter een kind deze tekstsoorten begrijpt, hoe meer logica het kind krijgt, waardoor het voor hem makkelijker wordt om nieuwe kennis op te slaan en weer op te roepen.

 

Wat is er nodig voor tekstbegrip?

Om een tekst te begrijpen, is er niet alleen de kennis nodig om een woord te kunnen lezen, maar ook om dit in een context te kunnen zetten. Een kind moet de link kunnen leggen tussen het gelezen deel en de achterliggende gedachte. Een simpel voorbeeld is dat als er bijvoorbeeld staat dat kinderen op de sloten aan het schaatsen zijn, dat de schrijver hiermee de winter aanduidt.


De aspecten die van belang zijn bij begrijpend lezen, zijn technische leesvaardigheid (het omzetten van woorden naar klanken), woordenschat, voorkennis en tussen de regels door kunnen lezen, maar ook zeker de instructies van de docent zijn belangrijk. Dit betekent dat kinderen met een groot woordenschat en veel algemene kennis beter in staat zijn een tekst te begrijpen, tussen de regels door kunnen lezen en de achterliggende gedachte kunnen vinden dan een kind die dit niet of minder heeft.


Dit klinkt allemaal heel logisch: zonder woordbegrip is de betekenis van een woord onduidelijk, waardoor we een tekst minder begrijpen en kinderen die minder goed zijn in technische leesvaardigheid hebben meer moeite om zich op de inhoud van de tekst te focussen.